Professor of Entrepreneurship
Digitale ethiek verdiept zich in de regels en morele richtlijnen die van toepassing zijn op de digitale interactie tussen bedrijven en/of individuen, zowel binnen een onderneming als op de markten en in de samenleving.
Bovendien kijkt digitale ethiek verder dan wat juridisch en volgens de privacyregels toegelaten is. Centraal staat de vraag of bepaalde handelingen ‘juist’ zijn. Denk maar aan data verzamelen, samenvoegen of verkopen, bepaalde doelgroepen anders behandelen op grond van kwetsbaarheden die verband houden met hun sociodemografische kenmerken of andere factoren, of mensen via ‘nudging’ aanzetten tot verslavend of onverstandig digitaal gedrag door in te spelen op zwakheden en vooringenomenheden.
In deze ‘What is'-video praat professor Andreea Gorbatai over het belang van ethische overwegingen in het volledige designproces voor technologische producten.
Maar hoe weten we wat ‘juist’ is? Het filosofische antwoord wijst in de richting van de gedragscode voor jouw cultuur, sector of geloofsgroep. Artsen, advocaten en religieuze gemeenschappen hebben regels die bepalen wat aanvaardbaar gedrag is en wat niet, en welke straffen gelden wanneer van die codes wordt afgeweken. In het bedrijfsleven zijn dergelijke codes echter niet altijd aanwezig. En als het om technologie gaat, zijn ze bovendien vaak verouderd.
Een paar jaar geleden, tijdens mijn doctoraat, bracht professor Clayton Christensen van Harvard Business School me het volgende bij. Wil je weten of je ‘juist’ handelt? Vraag je dan af hoe je je zou voelen als je project op de voorpagina van The New York Times zou staan. Hoe trots zou je zijn om er met je moeder over te praten, of beter nog, om aan je kinderen uit te leggen wat je op je werk doet?
Ik ben er vast van overtuigd dat de meeste mensen en bedrijven niet bewust uit zijn op onethisch gedrag of onethische resultaten. Wat we vaak zien, is dat er op het vlak van ethiek verschillende processen spelen die bijdragen tot onethisch gedrag. Sommige daarvan zijn algemene processen, zoals een onjuiste argumentatie of het streven naar resultaten zonder rekening te houden met de manier waarop die resultaten bereikt worden.
Andere zijn eigen aan de digitale context, zoals inzetten op de ontwikkeling of implementatie van een nieuwe technologie zonder eerst na te denken over potentieel misbruik, vertekende data gebruiken zonder te begrijpen waar ze vandaan komen, of streven naar een oplossing die ‘goed genoeg’ is op een paar uitzonderingen na, waarbij dan achteraf blijkt dat die uitzonderingen behoren tot een benadeelde, ondervertegenwoordigde minderheid die verder wordt geschaad, gemarginaliseerd of belast door de digitale verankering van de maatschappelijke vooringenomenheid.
We leven in een wereld waarin we zowel privé als professioneel steeds meer afhankelijk zijn van digitale producten. Laat dit een aanzet zijn om na te denken en het gesprek aan te gaan over digitale ethiek en een inspiratiebron om ethische overwegingen in te bouwen in het volledige designproces voor technologische producten.
Associate Professor in Entrepreneurship Chair of the Diversity, Equity and Inclusion Committee